Dordrecht, Grote Kerk

De in menig opzicht unieke Grote Kerk te Dordrecht, waarvan de bouw in de twaalfde eeuw begon en uiteindelijk werd voltooid in het begin van de zestiende eeuw, werd in 1367 van gewone parochiekerk verheven tot kapittelkerk. Sinds die tijd moet de kerk voor de beide liturgische centra, het Mariakoor en het Hoogkoor, een orgel hebben gehad. Van deze instrumenten is weinig of niets bekend. In 1614 kreeg de (sinds 1572 Hervormde) Grote Kerk een door de Nijmeegse orgelmaker Kiespenninck vervaardigd orgel, dat door niemand minder dan Jan Pietersz. Sweelinck werd gekeurd. Het bevond zich in de Petrus- en Pauluskapel bij het Zuidertransept. Al zo’n zestig jaar later verrees tegen de westwand van de kerk een nieuw orgel, gebouwd door Nicolaas van Hagen uit Antwerpen, die ook het schitterende orgel in de Antwerpse St.Pauluskerk op zijn naam heeft staan. Het instrument, in 1678 voltooid door C.J.Pellereyn uit Dordrecht, is gebouwd volgens het zogenaamde “Hamburger Prospekt”, waarbij de pedaaltorens ter weerszijden doorlopen tot naast het rugpositief, en had de indeling hoofdwerk-rugpositief-borstwerk-pedaal. In het jaar 1700 werd het orgel gerenoveerd door Johannes Duyschot; in 1799 gebeurde dat nogmaals, nu door P.J.Geerkens. Twee jaar eerder had laatstgenoemde de dispositie gewijzigd en de werkindeling veranderd, waarbij het borstwerk werd vervangen door het bovenwerk.

In 1855 werd besloten het orgel, dat zich inmiddels in een deplorabele toestand bevond, geheel te vernieuwen. De opdracht voor de bouw van het gehele binnenwerk ging naar de firma Kam en Van der Meulen uit Rotterdam. De oude orgelkas uit 1671 bleef bewaard en werd opnieuw bewerkt. Het nieuwe orgel, opgeleverd in 1859, vertoonde al spoedig vele gebreken. In 1876 werd door orgelmaker C.G.F.Witter onder meer de windvoorziening verbeterd, maar pas in 1935 was het de firma Van Leeuwen en Zonen te Leiderdorp die een totale restauratie op zich kon nemen. Het orgel liet zich evenwel nog steeds moeilijk bespelen, maar door de inzet van onder meer Arie J.Keijzer, organist van de Grote Kerk, kwam hier in 1987 een einde aan. Tegelijk met de restauratie van de kerk werd ook het orgel stevig onder handen genomen. De firma Ernst Leeflang te Apeldoorn wist de speelmechanieken aanmerkelijk te verbeteren door walsramen en tuimelaars te vernieuwen, voegde aan de vier koppelingen een vijfde toe, die van het pedaal naar het bovenwerk, voorzag het rugwerk van een tremulant en repareerde waar nodig balgen en windkanalen. Het orgel heeft thans een veel meer aangename en precieze speelaard, met een circa 30 procent lagere toetsdruk, waarbij het spelen met drie gekoppelde manualen nu niet alleen in theorie maar ook in de praktijk goed mogelijk is.

Naar aanleiding van deze recente restauratie zegt het keuringsrapport van de Orgel Commissie van de Nederlandse Hervormde Kerk over het monumentale, romantische orgel onder meer: “Nu het instrument weer goed bespeelbaar is en de akoustiek van het kerkgebouw verbeterd, blijkt eens temeer de bijzondere plaats die het orgel nationaal inneemt. Instrumenten van deze omvang uit het midden van de negentiende eeuw zijn zeldzaam in ons land. Ondanks het milde karakter van de labialen is veel barokke literatuur daarmee goed uitvoerbaar. Zoals de heer A.J.Keijzer bij de officiele opening van het kerkgebouw demonstreerde, klinken de tongwerken uitstekend in de diverse voor de Franse barokmuziek voorgeschreven combinaties. (…) Bijzonder karakteristiek klinken de vele combinaties van fluiten en strijkers. Niet minder is het instrument geschikt voor de begeleiding van de gemeentezang.” Waarvan akte.

Bron: Carel van Gestel, Luisterrijk, Nederlandse kerkorgels in beeld

De dispositie van het Kam en Van der Meulen-orgel

Hoofdwerk Rugwerk Bovenwerk (zw) Pedaal
Prestant 16′ Bourdon 16′ Baarpijp 8′ Subbas 32′
Gedekt 16′ Prestant 8′ Holpijp 8′ Principaal 16′
Prestant 8′ Gemshoorn 8′ Viola di Gamba 8′ Violon 16′
Roerfluit 8′ Salicionaal 8′ Quintadeen 8′ Subbas 16′
Holfluit 8′ Bourdon 8′ Salicionaal 8′ Octaaf 8′
Octaaf 4′ Octaaf 4′ Open Fluit 4′ Gedekt 8′
Roerfluit 4′ Gemshoorn 4′ Gedekt 4′ Quint 6′
Quint 3′ Quint 3′ Nazard 3′ Octaaf 4′
Octaaf 2′ Octaaf 2′ Woudfluit 2′ Bazuin 16′
Gemshoorn 2′ Mixtuur 3-4 st. Carillon 3 st. Trombone 8′
Mixtuur 4-5 st. Cornet D 5 st. Schalmei 8′ Trompet 8′
Cornet D 5 st. Trompet 8′ Vox Humana 8′
Trompet 16′ Dulciaan 8′ Tremulant Koppelingen
Trompet 8′ Tremulant HW-RW
Clarinet 4′ HW-BW
Ped-HW
Ped-RW
Ped-BW